1 juni hebben er rond de 5000 deelnemers fietsend, lopend en wandelend tot wel 6 keer de beroemde Alpe d’Huez beklommen. Het jaarlijkse Alpe d’HuZes is sinds de eerste editie in 2006 uitgegroeid tot een groots evenement waarbij zoveel mogelijk geld ingezameld wordt voor onderzoek naar kanker en verbetering van de kwaliteit van leven van mensen met kanker.


Sierd Sikkema werkt bij Run2day in Breda. Hij liep vorige week maar liefst 3 keer de Alpe d’Huez op, die uit 21 bochten bestaat, 1061 hoogtemeters heeft en 14 km lang is.

“Mijn buurman en goede vriend René kreeg een aantal jaar geleden kanker. Toen hij genezen werd verklaard heeft hij 2 keer deelgenomen aan Alpe d’HuZes, het betekende erg veel voor hem. Helaas kwam de ziekte terug en toen lukte het niet meer om er bovenop te komen. Tijdens die laatste periode van zijn leven beloofde zijn dochter hem dat ze het ook zou doen, voor hem. De Alpe d’Huez beklimmen. Om haar vader te eren en geld in te zamelen voor KWF Kankerbestrijding.

Ze hield woord. Ze verzamelde ons allemaal, zijn vrienden en familie en als een 33-koppig team begonnen we ons klaar te maken voor ‘De tocht van de Lauwen’. We trainden, planden de reis en zamelden 22.000 euro in voor het goede doel. We organiseerden daarvoor o.a. een tennistoernooi, een mountainbike tocht en collecteerden bij een Run2Day run.

En toen was het zover. Met een grote legertent en 2 campers vertrokken we naar Frankrijk. De dag voor het evenement verkenden we eerst de berg, aten met elkaar en namen boven op de berg deel aan de Bezinningsavond, zoals die jaarlijks plaatsvindt de avond van tevoren. Hier komen deelnemers samen, vertellen verhalen en zingen het beroemde lijflied van het evenement: ‘Dichterbij de hemel kom ik niet’ van Margriet Eshuis en Maarten Peters.

Onderweg naar beneden worden er dan overal kaarsjes aangestoken, 22 bochten vol met kaarsjes. Om stil van te worden. Daarna probeerden we nog wat rust te pakken. Om 2:30 ging de wekker en om 4:30 begon het evenement. 

Om die tijd is het natuurlijk nog aardedonker en behoorlijk fris. Als we de startboog passeren heerst er een bijzondere, rustige sfeer. Overal langs de weg staan die kaarsjes en er is stilte. Samen met 286 andere lopers, nog veel meer wielrenners en wandelaars beginnen we aan dit bijzondere avontuur. Ik passeer voor het eerst de plek waar zijn foto hangt, in bocht 11. In gedachten groet ik hem en denk aan wat er is gebeurd.

Ik ben een goed getrainde snelle loper, maar klimmen blijft toch zwaar. De gedachte dat opgeven geen optie is vandaag, komt regelmatig voorbij. De kans dat ik dat überhaupt zou doen is al klein maar vandaag al helemaal niet. Het is een emotionele tocht.

Als ik boven ben is het nog steeds koud. Een graad of 6. Door de kou en de klim van 14 km zijn mijn benen volgelopen. Ik moet nog een uur wachten op de lift naar beneden. Het is nog een aardige onderneming met meerdere liften en een bus om weer terug bij de camping te komen. Na een pauze om te eten en schone kleding aan te trekken ga ik door voor ronde 2. Intussen is het licht, warm, hartstikke druk en het is een compleet andere beleving. Het is gaaf om te zien dat iedereen datzelfde shirt draagt, dat zoveel wielrenners een versierde helm dragen om voor hun toeschouwers goed herkenbaar te zijn. Ook is het fysiek een stuk zwaarder om met die verzuurde benen nog een keer die klim te doen. Maar vooral is het prachtig om te zien hoeveel sterke mensen er vandaag op de been zijn.

De laatste keer omhoog voelt als afscheid nemen, de wetenschap dat het bijna klaar is maakt het weer emotioneel maar met het eind in zicht is het mentaal goed te doen. Een rollercoaster is het geweest, rondom me was er verdriet, gemis, trots, saamhorigheid en blijdschap. Zowel bij onze groep als bij alle anderen die op een of andere manier betrokken waren bij deze dag.

Rond 17:00 uur is het dan gedaan voor iedereen. We eten met elkaar en vertrekken met zijn allen weer naar beneden. Na nog een nachtje in de legertent gaan we allemaal weer terug naar huis. Dankbaar ben ik dat ik het mee heb mogen maken.”